Vragen? Contacteer ons hier.
Witte els, grijze els
Alnus incana is inheems in geheel Europa tot de Kaukasus, m.u.v. Groot-Brittannië en behoort tot de familie van de Betulaceae. Forse struik tot meerstammige boom met een compacte, onregelmatige kroon. De stam en jonge twijgen zijn grijs. In tegenstelling tot A. glutinosa heeft A. incana geen kleverige delen. De verspreid staande groene bladeren zijn eirond met een spitse top, hebben een gezaagde bladrand en een behaarde tot viltige onderzijde. Knoppen zijn kort gesteeld. De bloeiwijze is onopvallend met ± 0,5 cm lange vrouwelijke katjes en ± 7 cm lange paarsachtige mannelijke katjes met geel stuifmeel. In september verschijnen grijsbruine elzenproppen die de boom de gehele winter sieren. A. incana wortelt tamelijk diep, maar blijft meer aan de oppervlakte dan A. glutinosa en wordt in de bosbouw aangeplant als stikstofproducent. Verdraagt geen verharding. Alnus incana komt van het Latijnse incanus wat "bedekt met grijswitte haren" betekent verwijzend naar de harige onderkant van jonge bladeren.
Hoogte volgroeide plant: | 12,5 - 15 M, 20 - ... M |
Bloemkleur: | groen, paars |
Standplaats: | zon, halfschaduw |
Grondsoort: | alle, kalk |
Vorm: | kegelvormig, opgaand, bolvormig |
X | X | X | X | X | |||||||
jan | feb | maa | apr | mei | jun | jul | aug | sep | okt | nov | dec |
Detailfoto's zijn een momentopname. Afhankelijk van seizoen kan deze er anders uitzien m.b.t. bloei, hoogte, blad, ...
Breedte: | 5 - 7,5 M |
Winterhard: | winterhard |
Bladkleur: | grijs, groen |
Geurende bloemen: | niet geurend |
Vruchtkleur: | bruin, groen |
Vruchtperiode: | november, december |
Waardevol voor insecten: | ja |
Vlinderplant: | ja |
Groenblijvend: | bladverliezend |
Snoeiperiode: | maart, november, december |